Van de Boekentafel

Gereformeerde Kerkbode. Officiëel Orgaan van de Gereformeerde Kerken der Classis Gorinchem

9e jaargang, onder redactie van S.O. Los, M.A. van Pernis en K. Schilder
Gorinchem (Mij. tot Expl. van Antirev. Bladen in de Alblasserwaard, de Vijfheerenlanden en Omgeving) 1921v
21 (geen paginering) (8 juli 1922)

a



Kerkelijke Adviezen door Prof. Dr. F.L. Rutgers. 2e deel. J.H. Kok, Kampen, 1922.


Met dit tweede deel — dat reeds zeer spoedig na het eerste is verschenen, doch waarvan de aankondiging eerst nu kan geschieden — is de uitgave van Prof. Rutgers’ verzamelde kerkrechtelijke adviezen voltooid. Ook hier wordt de inhoud van het deel gemakkelijk overzichtelijk gemaakt door de zeer duidelijk gestelde opgave van de vele uit de praktijk opkomende vragen, waarop een antwoord is gegeven. Terwijl bovendien voor de beide deelen een woordregister is toegevoegd, dat het gebruik zeer vergemakkelijkt. Het spreekt vanzelf, dat dit tweede deel dezelfde sterke aanbeveling verdient als het eerste. Wie met de kwesties, die in het kerkelijk leven zich kunnen voordien, eenigen tijd kennis gemaakt heeft, zal onder de 234 hier besproken vraagpunten er heel wat vinden, waarvoor de praktijk hem meer dan eens geplaatst heeft. Niet genoeg kan op de aanschaffing van dit werk worden aangedrongen voor kerkeraadsbibliotheken, voor predikanten, ouderlingen en diakenen persoonlijk (èn om beslagen op het ijs van de kerkeraadsvergaderingen te komen als er kwesties zijn èn om in het algemeen het inzicht in het gereformeerd kerkrecht te verdiepen) en voorts voor ieder, die meeleven wil. Ook al zegt Prof. R. soms dingen, die niet ieder hem toegeven zal, toch maakt zijn gewoonte, om elke practische kwestie terug te leiden tot een dieper liggend beginsel de lectuur alleszins opvoedend en leert dit boek daardoor nadenken. Met zeer sterken nadruk beveel ik dit werk aan.


K. S.




De Profeet Jesaja, opnieuw uit den grondtekst vertaald en verklaard door Dr. J. Ridderbos, Eerste deel, hoofdst. 1-39. Kampen, J.H. Kok, 1922.


Dit werk van 275 blz., gebonden in eenvoudigen fraaien band, is het eerst verschijnend deel van een „Korte verklaring der Heilige Schrift met nieuwe vertaling” (te bewerken door de professoren Aalders, Van Gelderen, Greydanus, Grosheide, Noordtzij, Ridderbos en andere geref. theologen). Dit werk moeten nu alle gereformeerden zich aanschaffen; het zal hen meer helpen dan alle Henry’s en Dächsels en Da Costa’s bij elkaar. Ik wijs allereerst op de vertaling. Deze is vrij van de verouderde termen der Statenvertaling en toch is ze plechtig en rustig. Men zal wel doen bij de voorlezing thuis van Jesaja niet de statenvertaling te nemen, doch de overzetting van Prof. Ridderbos, die telkens bij elkaar behoorende afgeronde gedeelten in vertaling geeft. Voorts wijs ik op de eenvoudigheid der verklaring: blijkbaar is de bedoeling, om zóó te schrijven, dat ook het volk dit werk gebruiken kan. Dit neemt echter niet weg, at de vertaling en verklaring vrucht zijn van wetenschappelijke studie en voor wie eenigermate met de kwesties op de hoogte is, is dit natuurlijk overal doorzichtig en wordt de argumentatie ook dikwijls duidelijk gemaakt. Merkwaardig is ook dit werk om de toepassing van de regelen voor bijbelvertaling: van tekstcritiek b.v. is een zeer druk gebruik gemaakt: men zou reeds daarom het werk van Prof. Ridderbos willen toezenden aan Prof. Visscher, die het onderscheid nog niet kende of althans niet handhaafde tusschen tekstcritiek en bijbelcritiek onder gereformeerden.

Wij gereformeerden kunnen niet dankbaar genoeg zijn voor dit werk en voor heel de reeks, die met dit eerste deel wordt begonnen. „Tekst en Uitleg” is ook een practische en bevattelijke vertaling met uitlegging, doch dit werk gaat van beginselen uit, die de onze niet zijn en laat dit èn in vertaling èn in verklaring overduidelijk bemerken. Onze hoogleeraren, indertijd gevraagd daaraan mee te werken, hebben toen geweigerd. Maar bij die negatieve daad bleven ze niet staan. Positief gaan ze thans uit eigen beginselen werken om ons volk te dienen. Dit is een groote zegen en voor de toekomst van verstrekkende gevolgen. Wie zich telkens bij verschijning elk deel aanschaft, komt geheel geleidelijk in het bezit van een nieuwe bijbelverklaring, volgens den stand der tegenwoordige wetenschap met behoud van het gereformeerd beginsel. Laat ons volk dit werk zich aanstonds aanschaffen. Heusch, meneer Henry is er niets bij. Trouwens, vergelijken past hier niet want een verklaring naar de hier gevolgde methode hebben wij nog nooit gehad. Hier is een grootsche arbeid begonnen, die voor onze gereformeerde ontwikkeling scheppend en leidend is en van zeer groote beteekenis, ook met het oog op de nieuwe bijbelvertaling, waarnaar we al zoo heel lang snakken.


K. S.




Maranatha, Scheurkalender voor 1923, Uitgave J.H. Kok, Kampen.


Ik heb het schild gezien, werkelijk zeldzaam mooi. Denkend aan het onder ons gebruikelijk soort van christelijke-scheurkalender-schilden, kan men zeggen: nog nooit vertoond. Voorstelling: feest van Belsazar met de hand die schreef, mene mene tekel ufarsin. De fraaie plaat (in 12 kleuren) is gevat in een rand van tegels waarvan ik verzekeren kan, dat ze precies overeenkomen met de wetenschappelijke plaat, die ik in de Leeszaal der Th. School gezien heb als reproductie van gevonden tegels uit oud-Babylon. Dr. G. Keizer van Tiel gaf een beschrijving van het feest van Belsazar, die men op den koop toe krijgt. Van het blok heb ik geen letter gezien. Wel heb ik in vroeger jaren deze kalender gebruikt en de bewerkers (Dr. De Moor en Ds. Knap) hebben me altijd den indruk gegeven, dat hun kalender meer te denken geeft dan andere; in elk geval zijn ze veel frisscher dan de kalenders die ik vroeger wel eens inzag. Ik voor mij geef uit een oogpunt van gedachtenrijkdom en goede schriftuitlegging dan nog aan Dr. De Moor de voorkeur; Ds. Knap werkt wel eens wat veel met „motto’s” en is niet heelemaal van vergeestelijking vrij. De bekende (en goede) schrijver J.C. de Koning zorgt voor de achterzijde der blaadjes.

Als premieboek werd genoemd Henri Laroche door Johannes (225 pagina’s). Mij onbekend, doch door den uitgever geweldig geprezen. Een aanprijzing van een uitgever zegt gewoonlijk niets, maar in dit geval alles, nu het een uitgever betreft, die voor een christelijken kalender mannen als Dr. De Moor, Dr. Keizer, Ds. Knap en den Heer De Koning uitnoodigt en zelfs de plaat wetenschappelijk-archaeologisch laat verzorgen. Dat is nog nooit vertoond. Vroeger is het boek al spoedig na eerste verschijning uitverkocht.

Conclusie: gaarne aanbevolen. Ik heb nog nooit met een beteren kalender dan die van den Heer Kok kennis gemaakt.


K. S.




Cijfers en Feiten. Uitgave van N.V. „De Graafschap” — Aalten.


Deze brochurenreeks is een gids voor het politieke en sociale leven. Verschillende merkwaardige persstemmen worden hier bewaard, die anders zouden verloren gaan; en in veel korte, pittige, pakkende artikeltjes worden vraagpunten van den dag besproken, alle in verband met politieke en sociale kwesties. Propagandamateriaal is er heel veel in verwerkt. Menschen die meeleven willen en leiding moeten geven of ontvangen zullen wèl doen een abonnement te nemen. Een tijdlang is de uitgave van deze brochurenreeks gestaakt, door te weinig deelname. Van harte hopen we, dat ze nu kan blijven voortbestaan. In dezen verjongden vorm is ze nog heel wat verbeterd; er is meer systeem in de volgorde der besproken onderwerpen. Wie den overvloed van pakkende en opzettelijk-propagandistische bladen en periodieken ziet aan de zijde van socialisten en communisten, moet ook zoo iets als zedelijke verplichting gevoelen, wanneer zijn steun gevraagd wordt voor dit propagandamateriaal voor onze partij. De tijden zijn er ernstig genoeg voor.


K. S.




Vertrouwende op uwe gehoorzaamheid. Meditatiën over den Brief aan Filemon, door Ds. J. Waterink. Zutphen, J.B. v.d. Brink & Co.


Ds. Waterink geeft hier in 107 blz. een reeks overdenkingen over den brief aan Filémon. De manier waarop hij het doet, maakt dat deze vrijwel onder ons onbekende brief dichter naar ons toekomt. Vooral naar den socialen kant laat de schrijver zijn gedachten gaan. Zijn stijl is duidelijk; zijn ideeën zijn frisch; zijn correctie had nog beter kunnen zijn. De lezing van deze meditatiën zal tot zegen kunnen zijn. De schrijver is een man, die weet wat in de wereld te koop is. En dat komt ook uit in zijn geschrift.

Een opmerking: misschien had het woord „meditatie” door een ander kunnen vervangen worden. Mediteeren doet de schrijver eigenlijk niet, en de enkele stippeltjes . . . . hier en daar . . . . doen daar niets . . . . van af . . . .

Intusschen zeg ik daarmede niets ten nadeele van zijn werk, want ik geloof, dat het er juist door gewonnen heeft wat de eenheid betreft. Tenslotte: wie, als ik, het groote genoegen heeft den schrijver te kennen, kan hier en daar nog iets merken van zijn vroegere vereenvoudigde spelling.

Hartelijk beveel ik het werkje aan, vooral voor hen, die op Kerkbodes schelden (want daaruit is dit gansch frissche werkje geboren).


K. S.




Uit den Harz door J.J. Knap Cz. Kampen, J.H. Kok, 1922.


Ds. Knap is op reis geweest naar den Harz en hij is die reis waard geweest, wat niet van allen, die er komen, kan gezegd worden. Hij vertelt zijn moeder van die reis en als werkelijk bij het briefschrijven de gedachte aan publicatie niet voorop gezeten of zelfs maar onderaan gelegen heeft, dan moet gezegd worden, dat Ds. Knap correspondeert als haast niemand; zóó breed en zóó mooi en zóó netjes. Zijn reisbrieven zijn werkelijk de moeite waard en wie, met of zonder duiten om hem na te reizen, genieten wil van den Harz, die leze deze keurig uitgegeven brieven, met fraaie foto’s versierd. Stichting is er ook in, en dan weer echt: stichting à la Knap: natuurlijk, mooi naar woordkeus, maar soms (’n heel enkel keertje maar!) ’n beetje „inlegkunderig”, b.v. als de schrijver, bij het gezicht van de elegante bokken in het Harz-landschap, ineens zegt te begrijpen, waarom Jezus de wereldlingen bokken noemt in tegenstelling van de schapen, die de geloovigen verbeelden: dat komt van de elegantie, weet u? O, o, die elegante bokken! Ik geloof nooit, dat elegantie bij de bokken en de wereldlingen het punt van vergelijking is. Maar het zou zeer onbillijk en kniesoorig zijn op deze dingen te vitten en daarmee het boek kwaad te doen. Want het staat werkelijk hoog, is frisch en lenig geschreven. En het geeft den stakker, die binnen de polderdijken blijven moet, heusch een fijn en niet eens zoo heel fragiel genot voor enkele dubbeltjes tegen gewone valuta.


K. S.




a. Niet eerder opnieuw gepubliceerd.







deze pagina hoort in frames, klik hier

© Appendix Vaginix Productions 2000