J.C. Wirtz Czn.

De Reformatie. Weekblad tot ontwikkeling van het Gereformeerde leven

13e jaargang, onder redactie van K. Schilder, C. Tazelaar en J. Waterink,
Goes (Oosterbaan & Le Cointre) 1932-1933
20,154 (17 februari 1933)

a



Het is niet prettig bij een graf te disputeeren. Als evenwel dr. Geelkerken in Woord en Geest vertelt, dat wijlen de heer Wirtz, „ouderling der Geref. Kerk te Oegstgeest”, zich niet onder invloed van „kerkelijke intimidatie” na het conflict van 1926 vreesachtig terugtrok als medewerker aan dit blad, dan noopt de waarheid mij te zeggen, dat deze heer reeds vóór 1926 opgehouden had ouderling te zijn, en het nooit meer was nadien.

Dr Geelkerken praat voorts over kerkelijke intimidatie. Omdat hij bezig is met een betoog over de dapperheid van den heer Wirtz, die dan blijken zou uit (althans) zijn zich-niet-laten-intimideeren, heeft deze mededeeling slechts dàn logischen zin, (in ieder geval heeft ze voor velen in dezen suggestieve kracht), indien op den heer W. het goddelooze middel van intimidatie daadwerkelijk zou zijn toegepast. Blijkbaar bekommert dr G. zich er niet om, of hij met zulke fantasietjes iemand persoonlijk, of een kerkeraad ambtelijk, beleedigen kan. Hem zij verzekerd, dat intimidatie niet behoord heeft tot de geestelijke verkeersmiddelen van de Geref. Kerk te Oegstgeest. Ik weet precies, waarom de heer W. aan dit blad meewerkte, maar zal niet uit persoonlijke gesprekken klappen.


K. S.




a. Niet eerder opnieuw gepubliceerd.







deze pagina hoort in frames, klik hier

© Appendix Vaginix Productions 2001