Register Project Neocalvinisme

Cyprianus, Thascius Caecilius (±200-258)

Bio

Carthaags retor, vanaf 248 bisschop van Carthago.

• H. Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek I, Kampen (J.H. Bos) 1895, 57
• H. Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek I, Kampen (J.H. Bos) 1895, 69

Werk

• Bibliotheca patrum ecclesiasticorum latinorum selecta I-XIII, ad optimorum librorum fidem edita curante E.G. Gersdorf, Lipsiae: sumtibus et typis Bern. Tauchnitz jun., 1838-1847 vol. II-III
  • verwijzing naar —
    • H. Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek I, Kampen (J.H. Bos) 1895, 57
• Opera omnia I-III; rec. et commentario critico instr. Guil. Hartel, Vindobonae, apud C. Geroldi filium . . ., 1868-71 (Corpus scriptorum ecclesiasticorum Latinorum, 3)
  • verwijzing naar —
    • H. Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek I, Kampen (J.H. Bos) 1895, 57
• Epistula 73 ad Iubaianum
  • citaat c. 21
    • H. Bavinck, De Katholiciteit van Christendom en Kerk, Kampen (Zalsman) 1888, 24
• De idol. vanitate
  • verwijzing c. 5
    • H. Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek II, Kampen (J.H. Bos) 1897, 6
• De unitate ecclesiae
  • citaat c. 5
    • K. Schilder, ‘Pluriformiteit der kerk en epigonisme’ VII, De Reformatie 14 (1933v) 24,186-188 (16 maart 1934)
    • K. Schilder, ‘Pluriformiteit der kerk en epigonisme’ VIII, De Reformatie 14 (1933v) 25,194v (23 maart 1934)
  • verwijzing c. 10. 12
    • H. Bavinck, De Katholiciteit van Christendom en Kerk, Kampen (Zalsman) 1888, 27