Register Project Neocalvinisme

Baljon, Johannes Marinus Simon (1861-1908)





Bio

Nederlands hervormd predikant en theoloog. Diende na studie te Utrecht de gemeenten van Nederhemert (1884) en Almelo (1888). Vanaf 1895 hoogleraar, vooral nieuwtestamentica, aan de Universiteit te Utrecht.

Werk

Christelijke Encyclopaedie1 VI,40

Baljon (Johannes Marinus Simon), geboren 5 Juli 1861 te Rotterdam, opgeleid als gymnasiast te Zetten, waar zijn Dr van Lingen, reeds groote verwachtingen van hem koesterde, studeerde te Utrecht in de theologie, promoveerde aldaar tot doctor theologiae in 1884 op een proefschrift De tekst der brieven van Paulus aan de Romeinen, de Corinthiërs en de Galatiërs als voorwerp van de conjecturaalcritiek beschouwd. In 1884 werd Baljon predikant bij de Hervormde Gemeente te Nederhemert; van 1888-1895 was hij predikant te Almelo; in 1895 benoemd tot hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht om onderwijs te geven in de encyclopaedie der godgeleerdheid, de oud-christelijke letterkunde, en de uitlegging van het Nieuwe Testament, aanvaardde hij 9 October 1895 zijn ambt met een rede over De Oud-Christelijke letterkunde. Hij overleed na een kort ziekbed den 16 Mei 1908. Baljon was een man van groote arbeidzaamheid en met een zeldzaam vruchtbare pen. Reeds als predikant schreef hij artikelen in de Theologische Studiën, bewerkte hij het Lehrbuch der Einleitung in das Neue Testament van B. Weiss (1893), en begon de bewerking van een Grieksch theologisch woordenboek, hoofdzakelijk van de Oud-Christelijke letterkunde (1895-1899). Beide zijn later door een nieuwen en gewijzigden druk vervangen, Weiss’ werk door de Geschiedenis der boeken des Nieuwen Verbonds (1901), het woordenboek in 1908.

Zijn productiviteit als hoogleeraar was nog grooter. In 1900 verscheen de Encyclopaedie der Christelijke theologie; in 1898/99 gaf hij een Griekschen tekst van het Nieuwe Testament met critisch apparaat uit; kenmerkend van deze uitgave is, dat in den tekst conjecturen zijn opgenomen.

Voorts gaf Baljon commentaren in het licht op bijna alle boeken van het Nieuwe Testament.

Baljon was minder theologisch dan literair-critisch aangelegd, behoorde tot de ethische richting en was in zijn wetenschappelijke opvattingen verwant aan de behoudende historisch-critische school; met name stond hij dicht bij den Duitschen Nieuwtestamenticus B. Weiss.

Prof. Dr J.A.C. v. Leeuwen.






deze pagina hoort in frames, klik hier

© Appendix Vaginix Productions 2001