Antonius Margarites Lindeboom (1911-)

Bibliografie van Professor L. Lindeboom

Gereformeerd Theologisch Tijdschrift

onder redactie van G.Ch. Aalders e.a., Aalten (De Graafschap)
39 (1938) 458-465; 40 (1939) 180-186; 475


a



De almanak, die in het jaar 1930 door het Studentencorps „Fides Quaerit Intellectum” is uitgegeven, bevat op pag. 91 e.v. een lijst van geschriften van professor L. Lindeboom. Deze lijst is zeer onvolledig. In dit artikel wordt een poging gedaan een volledig overzicht van de werken van professor Lindeboom te geven. Men weet dat de hoogleeraar geen boeken publiceerde maar des te meer vlugschriften en brochures. Omdat al deze publicaties encyclopaedisch vrijwel niet in te deelen zijn, wordt een chronologisch overzicht gegeven. Het is niet mogelijk dat in deze bibliografie ook vermeld worden allerlei min of meer belangrijke artikelenreeksen verschenen in „De Vredebond”, „De Roeper”, „De Wachter”, „Wat zegt de Schrift?” en „De Bazuin”. Men bedenke dat deze hoogleeraar reeds op zijn drieëntwintigste jaar artikelen schreef en dit tot zijn zeven-en-tachtigste heeft volgehouden.

Zijn bijdragen in „De Getuigenis”, „De Vrije Kerk”, „Gereformeerd Tijdschrift” en „Gereformeerd Theologisch Tijdschrift” zijn echter meer dan eens afzonderlijk in den handel gebracht, waren als „overdruk” in zijn persoonlijk bezit en zullen hier — ook wegens hun beperkt aantal — worden gememoreerd.

Indien men mocht ontdekken, dat zelfs deze lijst niet volledig is, zal men mij een grooten dienst bewijzen door mij schriftelijk te melden wat aan deze bibliografie ontbreekt. Omdat al de hieronder genoemde werken in het bezit der familie zijn en voor een eventueelen biograaf van Lindeboom een belangrijke „Fundgrube” vormen, zal men mij een grooten dienst bewijzen door de geconstateerde leemte aan te vullen met de toezending van het ontbrekende. |459| Mijn adres is Van Blankenburgstraat 11, ’s-Gravenhage.

Tenslotte: men weet waarschijnlijk dat ik in de pers heb gevraagd om bizonderheden uit het leven van prof. Lindeboom. Nu kreeg ik inderdaad enkele zeer interessante brieven. Het waren er echter maar weinige. De lezers van dit tijdschrift zullen, dunkt mij, ook nog wel iets weten. Zou ik dus hier mijn verzoek mogen herhalen?


*

Van de volgende tijdschriften was professor Lindeboom redacteur (medewerker) of hoofdredacteur:


De Getuigenis”. Maandschrift in het belang van Waarheid en Godzaligheid, onder redactie van Di J. Bavinck en H. de Cock, 1869 en 1870.

De Vredebond”. Maandblad 1871-’73, halve maandblad 1874-’83, tot bevordering van de Zending onder Heidenen en Mohammedanen voor de inwendige zending.

De Vrije Kerk”. Vereeniging van Christ. Gereformeerde stemmen, onder redactie van Ds H. Beuker e.a., 1875-1898.

De Kamper Volksvriend”, Weekblad, 1886 en 1887.

De Roeper”, 1886-1898.

Wat zegt de Schrift?” 1900-1908. (Annex hiermede: Voor het recht, de vrijheid en den vrede der Kerken, bijblad van „Wat zegt de Schrift?”, 3 jaargangen, 1903-’04-’05).

Geref. Tijdschrift”, 1909-1910.

Geref. Theol. Tijdschrift”, 1911-1932.


Van elke publicatie is telkens het geheele titelblad afgeschreven. Uitgezonderd natuurlijk de telkens weerkeerende naam van den auteur. Waar noodig werd een toelichtende opmerking tusschen haakjes geplaatst.


1.De kracht van Christus’ Opstanding. Heusden, A. Gezelle Meerburg. 1868(?), 12 bl.
2.Kermis en Jezus, ’s Hertogenbosch, F. J. A. van der Linden, 1868(?), 2 bl.
3.Kermis en Cholera, ’s Hertogenbosch, F. J. A. van der Linden, 1868(?), 2 bl.
4.Een vraag met een antwoord op den nieuwjaarsdag, Leerrede over 1 Kon. 14 : 14c en Luc. 21 : 18. Verschenen in : Stuiverspreeken tot bevordering van Christelijke kennis en Christelijk leven door Chr. Afgescheiden, predikanten, onder redactie van ds B.C. Felix. no. 1. Amsterdam, Kröber, Heybrock en Hötte, 1869, 17 bl. |460|
5.De Ziekentroost. Ten dienste van zieken en ziekenbezoekers. opnieuw uitgegeven. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1869, 35 bl. (Dit is de Ziekentroost die men achter de formulieren in ons psalmboek vindt. Ten behoeve der zieken werd zij door den auteur uitgebreid en met zéér groote letter gedrukt. Eenige toepasselijke psalmverzen werden er aan toegevoegd).
6.De mensch onmagtig tot het geloof. Eene exegetische-practische studie over Joh. 6 : 44. Kampen, S. van Velzen Jr. 1869, 31 bl. (Verschenen in De Getuigenis, Maandschrift in het belang van waarheid en godzaligheid, 1e Jaargang, p. 177-207).
7.„Schepping des H. Geestes” in Nederland! Kampen, S. van Velzen Jr. 1869, 7 bl. (Verschenen in De Getuigenis, 1e Jaargang. Antwoord op een vraag van ds C.S. A(dama) v. S(cheltema) te Amsterdam: „Wie in Nederland het jaar 1618 met 1868 vergelijkt, vraagt met weemoed: waar zijn de scheppingen des Heiligen Geestes op een grond, waar 80 jaren voor gewetensvrijheid werd gestreden?”).
8.De Heere is waarlijk opgestaan! De moderne visioenshypothese eene antiquiteit, Kampen S. van Velzen Jr., 1870, 17 bl. (Verschenen in De Getuigenis, 2e jaargang).
9.Nieuwjaarsgedachten, Ps. 90 : 1-12. Vrij naar het Hoogduitsch, uit de Stunden Christlicher Andacht van Dr A. Tholuck. Kampen, S. van Velzen Jr. 1870, 9 bl. (Verschenen in De Getuigenis, 2e jaargang).
10.De doodsvallei is niet donker, Kampen, van Velzen, 1870, 10 bl. (Verschenen in De Getuigenis, 2e jaargang. Daarna ook als afzonderlijke uitgave verkrijgbaar gesteld. In dit geschrift verhaalt de auteur het godvruchtig ziek- en sterfbed van een vrouw die tijdens haar leven tegen den dood zoo had opgezien).
11.Is de doodstraf in de H. Schrift geboden? Kampen, S. van Velzen Jr., 1870, 26 bl. (In De Getuigenis, 2e jaargang. Met een adres van den Kerkeraad te den Bosch aan de leden van de Tweede Kamer tegen de afschaffing van de doodstraf. In deze tweede jaargang verzorgde de auteur ook een rubriek „Varia”, te vergelijken met onze „kroniek”. O.a. werd geschreven over de vraag: „Waarom hebben wij nog geen christelijk dagblad?”, bl. 114-120, en over de Vereeniging, op de synode te Middelburg gesloten tusschen de Chr. Afgescheiden Kerk en de (Oud)-Gereformeerde Kerk).
12.De Moderne theologie in Nederland en prof. Hofstede de Groot, of Zijn de „modernen” onze vijanden, de evangelischen onze broeders? Kampen, S. van Velzen Jr., 1870, 35 bl. |461|
13.Hebt goeden moed. Een woord tot allen inzonderheid tot onze soldaten. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1870, 16 bl.
14.Valsche getuigen. Leerrede over Matth. 26 : 59-63a, 1871, 33 bl. (Verschenen in: „Van Bethlehem naar den Olijfberg”, feestbundel van lijdenstoffen van eenige leeraars uit de Christelijk Gereformeerde Kerk, bijeen verzameld door B.C. Felix, predikant a.d. Helder; Nieuwendiep, J.C. de Buisonje, 1871).
15.Een bode Gods. Een woord van ernst en liefde aan de inwoners van Nederland, bij het heerschen der pokkenepidemie door Theophilus. Kampen, G.Ph. Zalsman, 1871, 24 bl.
16.Wanneer Abrams zaad Canaän erft. Leerrede over Gen. 15 : 16. Verschenen in: Nieuwe Stuiverspreeken, no. 10, 1871, 16 bl.
17.Gedachtenis. Jezus en uw nardusflesch, Marc. 14 : 9. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1871, 4 bl.
18.Een ongeloovige kranke voor Jezus gewonnen, Heusden, A. Gez. Meerburg, 1871(?), 4 bl.
19.De kerkbel het volk, het geweten, Heusden, A. Gez. Meerburg, 1871 (?), 4 bl.
20.Eene heiligdomsvaart, Heusden, A. Gez. Meerburg 1871(?), 4 bl.
21.God in de natuur. Heusden, A. Gez. Meerburg 1871 (?), 2 bl.
22.Heiligt den Sabbat. Heusden, A. Gez. Meerburg 1871 (?), 2 bl.
23.Is dat voor mij? Brielle, J. Wierema 1871 (?), 4 bl. Uitgegeven door de vereeniging „Jachin”.
24.De onmisbare voorspraak Brielle, J. Wierema 1871 (?), 4 bl. Uitgegeven door de vereeniging „Jachin”.
25.De Noodkreet der heidenwereld. Een woord in het belang der Zending. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1874, 22 bl.
26.Een Koning in een kribbe of Het Kerstfeest in zijne heerlijke beteekenis aan kinderen voorgesteld. Heusden, Gezelle Meer. burg-Wuyster, 2e druk 1875, ± 20 bl. (In 1921 verscheen bij „Filippus”, Breukelen, P. Mobach, hiervan een derde druk, 38 bl.).
27.De Christelijke Gereformeerde Kerk. Een en ander over haar toestand, roeping en toekomst, aan de ernstige overweging, ook van de geloovigen buiten haar, aanbevolen. Met naschrift aan dr A.W. Bronsveld. Heusden, Gezelle Meerburg-Wuyster, 1875, 98 bl. + XII bl. naschrift.
idem, tweede veel vermeerderde druk, 1875, 51 bl. en IX bl. naschrift. (Deze bladzijden waren van veel grooter formaat dan die der eerste uitgave).
28.De Kerk. Leerrede over Efeze 2 : 20-22, gehouden bij de |462| eerste godsdienstoefening in het nieuwe kerkgebouw der Christ. Geref. Gemeente te Zaandam, door haren leeraar L.L. Met lithographie van het kerkgebouw. f 0.75, Zaandam, Van Spanjen Koppenol 1875, 47 bl. (Helaas heb ik de lithographie van het Kerkgebouw niet. Kan iemand er mij aan helpen?)
29.Schutterij en Godsdienst. Overdruk uit „De Standaard”. Amsterdam, J.H. Kruyt, 1876 (?), 16 bl.
30.Aan den redacteur van „De Vrije Kerk”, eerste jaargang, 1876, bl. 41-48. (Welkomstgroet aan het nieuwe weekblad „De Vrije Kerk”).
31.Wat is inwendige zending? Verschenen in: „De inwendige Zendingsconferentie te Amsterdam, gehouden 10 Augustus 1876. Amsterdam, P. van der Sluys jr., 1876, bl. 37-42. (Slechts de stellingen van dit referaat werden in dit verslag opgenomen. De conferentie stond onder voorzitterschap van Lindeboom).
32.De Gereformeerde Kerkregeering. Een weinig toegelicht uit de historie, vooral met het oog op het stelsel van vertegenwoordiging. Overgedrukt uit „De Vrije Kerk”. Amsterdam, P. van der Sluys, 1877, 40 bl.
33.Is Jezus een Zoon van Jozef en Maria? Artikel in „De Vrije Kerk”, derde jaargang, 1877, bl. 32-37. (Polemiek met dr H.M. Meyboom).
34.Een woord over de studie der profeten en nog iets. Artikel in „De Vrije Kerk”, derde jaargang, 1877, bl. 686-691.
35.Legende of historie? Artikel in „De Vrije Kerk”, vierde jaargang, 1878, bl. 76-83. (Polemiek met ds J.H. Gunning te ’s Gravenhage over zijn „Leven van Jezus”).
36.Corrigenda. Iets over de Heilige Schrift. Gunnings herroeping Artikel in „De Vrije Kerk”, vierde jaargang, 1878, bl. 140-144.
37.Beginselen boven personen, God boven alle menschen te eeren. Artikel in „De Vrije Kerk”, vijfde jaargang, 1879, bl. 68-79. (Hernieuwe poging om dr J.H. Gunning terug te brengen van zijn dwaalweg).
38.De dag des Heeren. Artikel in „De Vrije Kerk”, vijfde jaargang, 1879, bl. 372-378.
39.Neerlands Vorstenhuis en volk in nieuwen vouw. Klinkt hierin niet een stem van God? „Filippus” VI. Breukelen, J. den Boer 1879, 16 bl. (Bij den dood van den van den toenmaligen Prins Hendrik, die pas in het huwelijk was getreden met Prinses Maria van Pruisen).
40.Heb de waarheid en den vrede lief. Open brief aan dr A. Kuyper, hoogleeraar aan de Vrije Universiteit op gereformeerden grondslag, en redacteur van „De Heraut”, alsmede aan |463| de „Heraut”-lezers en alle Gereformeerden in den lande. Leiden, D. Donner, 1880, 70 bl. met XVIII bl. bijlagen. (De auteur noemt zich op het titelblad: „Bedienaar des Woords bij de Christelijke Gereformeerde Gemeente te Zaandam, redacteur van „De Vredebond” en voorstander van een Vrije Gereformeerde Universiteit”).
41.Hosanna den Zone Davids. Gods lof uit kindermonden. Een kinderpreek, over Mattheus 21 : 15 en 16, door L.L., herder en leeraar der gemeente Jesu Christi te Zaandam. „Uw mogendheid heeft sterkte willen gronden, uit kindren, ja uit zuigelingen monden; zoo trekt Uw hand des vijands boos geweld. daar Gij zijn haat en wraakzucht palen stelt”, ps. 8 : 2. Leiden, D. Donner 1880, 27 bl. (Uit het „Woord Vooraf” blijkt dat deze kinderpreek werd gehouden tusschen de morgen- en avondgodsdienstoefening. Vele leerlingen der Zondagsscholen kwamen dan mede).
42.Christus zittende aan de rechterhand Gods en vandaar door Zijnen Geest arbeidende in de gemeente. Eerste leerrede over Zondag negentien. Delfzijl, Jan Haan 1881, 27 bl.
43.Christus’ hoede over Zijne gemeente en Zijn wederkomst ten gerichte, tot hare volkomene verheerlijking. Tweede leerrede over Zondag negentien. Delfzijl, Jan Haan 1881, 27 bl.
44.In „De liggende os” te Utrecht. Artikel in „De Vrije Kerk”, zevende jaargang, bl. 417-430. (Over een vergadering van een groep „Marnix” die het niet in alle opzichten eens was met de anti-revolutionaire partij).
45.Gelooven op gezag. Dat mag . . .? Wat dunkt U ervan? Gelooven op gezag —, Dat mag niet meer in onze dagen! Maar ach!, ’t schijnt, niet-gelooven op gezag, komt nu aan de orde van den dag, bij zeker slag; Is ’t beter wou ik vragen. „Filippus” XVI, Breukelen, J. den Boer, 1881, 15 bl.
46.Het nut van Bijbel- en Traktaatverspreiding en hoe de Kerk en de kerkeraden daartoe het best kunnen medewerken. Leiden, D. Donner 1882, 16 bl.
47.De aanslagen der medische-theologische kwakzalverij tegen de H. Schrift, en bizonder tegen de leer van de opstanding der dooden, 1 Cor. XV, onderzocht bij het licht van geloof en wetenschap. Antwoord en vragen aan Dr W. Koster, hoogleeraar te Utrecht, naar aanleiding van Z.H.G.’s „Een paar opmerkingen” in het Handelsblad van 9 Juni j.l. over het hierbij gaande schrijven in 't Handelsblad van 28 Mei een geestelijk lichaam — „een vierkante cirkel” enz. Met een „woord vooraf” over de roeping der Christenen tegenover het ongeloof en den geest van het Hooger Onderwijs aan onze Universiteiten. Leiden, D. Donner, 1882, 55 bl. (Zie bijlage). |464|
48.De Bijbelsche Geschiedenis de onomstootelijke Godsopenbaring en de onmisbare sleutel tot de wetenschap. Rede bij de aanvaarding van het leeraarsambt aan de Theol. School der Christ. Geref. Kerk. Gehouden 10 jan. 1883. Leiden, D. Donner 1883, 92 bl. (Met aanteekeningen).
49.Verleiders onder Jezus’ naam. Waarschuwing tegen de wervers van de goddelooze secte der Mormonen. „Filippus” XL, Breukelen, J. den Boer, 1884, 8 bl.
50.Vrijkaart „Vergunning”. Tweede druk. „Filippus” no. 27, Breukelen, J. den Boer, 1884, 2 bl.
51.De onderscheidene beteekenis van het werkwoord „heiligen”, in Hebr. 2 : 10 en 11. Verschenen in „De Vrije Kerk”. Als afzonderlijke uitgave verkrijgbaar gesteld. Leiden, D. Donner, 1885, 25 bl.
52.Het Doctoraat in de Heilige Godgeleerdheid aan de Theol. School der Christ. Geref. Kerk. Artikel in „De Vrije Kerk”, elfde jaargang, 1885, bl. 343-361.
53.De wereld zonder Bijbel. „Filippus”. Breukelen, T. den Boer, 1885, 4 bl.
54.Ter begrafenis. „Filippus”, no. 37. Tweede druk. Breukelen, J. den Boer, 1885, 2 bl.
56.„Afgescheiden” of Vereenigd. Ingezonden in „De Vrije Kerk”. Twaalfde jaargang 1886, bl. 188-200. (Over de politieke vereeniging „Marnix”).
57.Aan de redactie van „DeVrije Kerk”. Een niet onbillijk verzoek. Ingezonden in „De Vrije Kerk”, twaalfde jaargang, bl. 576-581. (Over dezelfde kwestie).
58.Wacht u — voor de Woordenboeken. Kritische aanteekeningen op het Biblisch Wörterbuch van dr E.C.A. Liehm, Ned. bewerking door dr C.H. van Rhijn, en Calwer Bibellexicon van Lic. P. Zeller. Leiden, D. Donner, 1886, 34 bl. (Eerst verschenen in „De Vrije Kerk”)
59.Oranje boven! Lang leve Willem III. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1887, 4 bl. (Ter gelegenheid van den zeventigsten verjaardag van den Koning).
60.Bidden voor ’t gewas. „Filippus” no. 66, Breukelen, J. den Boer, 1887, 2 bl.
61.Het nieuwe jaar. „Filippus” no. 67, Breukelen, J. den Boer, 1887, 2 bl.
62.Pers en Bijbel. „Filippus” no. 68, Breukelen, J. den Boer, 1887, 4 bl.
63.Een gestorven, NIET een doode Zaligmaker. „Filippus”, no. 69, Breukelen, J. den Boer, 1887, 4 bl.
64.De beteekenis van het Christelijk geloof voor de geneeskun dige wetenschap, in ’t bizonder voor de psychiatrie. |465| Voordracht op de openbare conferentie der Vereeniging tot Christelijke Verzorging van Krankzinnigen en zenuwlijders in Nederland, te Utrecht, 28 April 1887. „En zij gingen uit om te zien wat het was dat er geschied was. En zij kwamen tot Jezus en zagen den bezetene zittende en gekleed en wel bij zijn verstand”. Markus 5 : 14, 15. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1887, 38 bl.
65.„Gedenkt den Sabbatdag, dat gij dien heiligt”. Rapport en advies inzake de heiliging van den dag des Heeren, ingediend bij de synode der Christ. Geref. Kerk, gehouden te Assen en op Haar last algemeen verkrijgbaar gesteld door hare commissie ad hoc. Leiden, D. Donner, 1888, 24 bl. (Deze commissie bestond uit de heeren L. Lindeboom, E. Douma, en H.J. Klinkert. Het stuk is door deze drie personen onderteekend, doch eerstgenoemde zal zich bij de opstelling wel niet onbetuigd hebben gelaten).
66.De belijdenisschriften der Gereformeerde Kerk in Nederland. De belijdenis des geloofs, de catechismus, en de vijf artikelen tegen de remonstranten. Uitgegeven onder toezicht en met voorwoord van L.L., ’s Gravenhage, De Erven J.L. Nierstrasz, 1888.
67.Blijft in het Woord van God. Rede op den 33en gedenkdag der Theol. School te Kampen door den aftredenden Rector. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1888, 65 bl.
68.De roeping der Gereformeerde Kerk tegenover het hedendaagsch „Roomsch-Katholicisme”. Verschenen in „Onze roeping tegenover, en arbeid onder Rome, verslag van den arbeid der inwendige zending in Noord-Brabant. Met een opwekkend woord”. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1890, 55 bl., waarvan 42 bl. door L.L.
69.De arbeiders onder krankzinnigen en zenuwlijders. Hoedanige personen er noodig zijn, en hoe het benoodigd aantal voortdurend te verkrijgen. Referaat op de Conferentie der vereeniging tot Chr. verzorging van krankzinnigen en zenuwlijders te Dordrecht. Overgedrukt uit het zesde jaarverslag der Vereeniging, 1890, 10 bl. (Later herdrukt in Karakter en doel der Vereeniging en hare dienende broederschap. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1914). |180|
70.Onze roeping tegenover Rome. Tweede druk, Breukelen, J. den Boer, 1891, 36 bl. (No. 68, thans als afzonderlijke publicatie herdrukt).
71.Waar zijn wij en waar gaan wij heen? of Wat dunkt U nu van de concept-acte? Een woord van inlichting, waarschuwing en raadgeving aan de Kerkeraden en aan de leden van de Chr. Geref. èn van de Ned. Geref. (Dol.) Gemeenten. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1891, 94 bl.
72.Mag en zal de Vereeniging doorgaan? Brief aan X. IJ. en Z., bezwaarde broeders en zusters. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1892, 20 bl.
73.Godgeleerden. Rede op den 29en jaardag der Theol. School van de Geref. Kerken in Nederland. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1894, 83 bl.
74.De leer der rechtvaardigmaking van eeuwigheid getoetst aan de Heilige Schrift. Artikelen in „De Vrije Kerk”, een-en-twintigste jaargang, 1895, bl. 6-22, en 193-206.
75.De encyclopaedie en straks ook de Theologie zelve gesaeculariseerd (verwereldlijkt) door — Dr A. Kuyper. Artikel uit „De Roeper”, overgenomen in „De Vrije Kerk”, een-en-twintigste jaargang, 1895, bl. 484-488.
76.Wordt het menschelijk geslacht behouden, òf de begenadigden uit „het menschelijk geslacht”? Artikelen in „De Vrije Kerk”, een-en-twintigste jaargang, 1895, bl. 610-637, twee-en-twintigste jaargang, 1896, bl. 41-54, 148-160.
77.Bewaart het pand U toebetrouwd of De geruststelling in „opleiding en theologie” onderzocht en gewogen. Een woord aan de kerkeraden en aan de leden van de deref. Kerken in Nederland. Kampen, G.Ph. Zalsman, 1896, 110 bl.
78.De man Gods uit Juda, in Bethel. 1 Kon. 13. „Filippus”, Breukelen, Boek-, Courant- en Handelsdrukkerij „De Vecht”. Dir. A.G.D. Gerritsen, 1897, 51 bl. |181|
79.Eén zijn. Exegetisch opstel over Joh. 17 : 21. Artikel in „De Vrije Kerk”, drie-en-twintigste jaargang, 1897, bl. 357-373.
80.De verkondiging van het evangelie des Koninkrijks aan alle volken en het einde der wereld. Tijdpreek over Matth. XXIV : 14. Middelburg F.P. d’Huy, 1900, 30 bl. (Overgedrukt uit: „Bij de wisseling der eeuwen”, zes tijdpreeken uitgegeven door „Filippus” bij uitgever voornoemd).
81.De leiding des Heiligen Geestes onmisbaar voor de echte studie der theologie. Rede bij de overdracht van het Rectoraat aan de Theol. School, 8 Dec. 1902. Kampen, G.Ph. Zalsman, 1902, 45 bl.
82.Het verband tusschen dogmatiek en exegese. Referaat voorgedragen op de centrale pastorale conferentie te Zwolle, 13 Aug. 1903. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1904, 19 bl.
(Dit referaat is eerst verschenen in Bijblad van Wat zegt de Schrift, voor het Recht, de Vrijheid en den Vrede der Kerken. Van dit bijblad moeten op zijn minst drie jaargangen zijn verschenen. Aangezien ongeveer niets van dit bijblad in mijn bezit is, mag ik misschien langs dezen weg wel verzoeken of iemand die deze jaargangen bezit ze mij niet zou willen schenken Men zou mij een grooten dienst bewijzen. In de bibliotheek de Theol. School is niets van dit bijblad aanwezig).
83.Des Heeren werk herdacht. Herinnering en zegenwensch Feestrede bij het gouden jubilee der Theol. School van de Geref. Kerken in Nederland, 15 juni 1904. Kampen, J.H Bos, 1905, 68 bl.
84.Vijf stellingen betreffende leeringen waarover in de Gereformeerde Kerken van Nederland in de laatste jaren verschil gevallen is. Aan de Kerkeraden en voorts aan alle leden der gemeente, ter overweging aangeboden door voorgangers en leden van genoemde Kerken. Kampen, J.H. Kok, 1905, 20 bl. (Dit geschrift, schoon den naam niet vermeldend, is toch door Lindebom opgesteld).
85.Hou je maar goed, jongen. Een woord aan onze soldaten in „Onze Gids”, uitgegeven door eenige afdeelingen van de Nationale Christen Onderofficieren Vereeniging, 1906, 5 bl.
86.1 Tim. 1 : 12. Paulus’ dankbaarheid aan den Heere voor de weldaad dat Hij hem in de bediening heeft gesteld en bekrachtigd. Gedachtenis van veertigjarige ambtsbediening, 14 October 1906. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1906, 20 bl. (Overdruk uit No. 10 van „Wat zegt de Schrift?”, Maandblad ter bevordering van het rechte lezen en uitleggen van Gods Woord).
87.De geschiktheid van het theologisch onderwijs voor de opleiding tot den dienst des Woords. Toespraak bij de opening |182| van den nieuwen cursus aan de Theol. School, 25 Sept. 1908, door den rector. Kampen, Ph. Zalsman, 1908, 33 bl.
88.Jezus Christus de Middelaar des Nieuwen Testaments, de waarheid der H. Schrift en de wetenschap der Christelijke Godgeleerdheid. Een woord van waarschuwing en wegwijzing aan allen die den Naam van Christus noemen. Met aanteekeningen. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1909, 42 bl.
89.Gedachtenis van het 25-jarig bestaan der Vereeniging tot Christelijke Verzorging van krankzinnigen in Nederland. Met portret van de eerste leden des Bestuurs. Uitgegeven vanwege de Vereeniging. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1910, 34 bl. en XX bl. bijlagen. (Herdrukt in Gedenkboek, zie no. 122 van de lijst).
90.Opening van de Psychiatrische en Neurologische kliniek der Vereeniging tot Christelijke Verzorging van krankzinnigen in Nederland. Te Amsterdam, Valeriusplein, 3 Nov. 1910. Overgedrukt uit „Bethesda”, 7 bl.
91.Uit de Schriften. Nieuw en Oud. Gereformeerd Traktaatgenootschap „Filippus”, 1910, 243 bl. („Nieuw en oud” wil zeggen dat vroegere opstellen werden saamgevoegd met te voren niet gepubliceerde. O.a. werd in dit deel herdrukt: „De man Gods uit Juda te Bethel”, zie no. 78).
92.Uit de Schriften. Nieuw en oud. Tweede Bundel. Gereformeerd Traktaatgenootschap „Filippus”, 1911, 243 bl.
93.De Geslachtsregisters van Jezus Christus, onzen Heere. (Matth. 1 en Luc. 3). Overdruk uit „Gereformeerd Tijdschrift”, Maartafl. Heusden, A. Gez. Meerburg, 1911, 30 bl.
94.De boodschap van Koning Hiskia aan het afvallig Israël. (2 Kron. 30). Toespraak vóór de 26e Algemeene vergadering van het Geref. Traktaatgenootschap „Filippus” in de Geref. Kerk te Gorinchem. Breukelen, P. Mobach, 1911, 16 bl.
95.Nog plaats voor de Zondagsschool? Bijdrage in Gedenkboek, feestuitgave ter gelegenheid van het veertigjarig bestaan der Gereformeerde Zondagsschool-vereeniging „Jachin”, door J.P. Tazelaar. Nijkerk, G.F. Callenbach, 1911, 4 bl.
96.Wat de leemcylinder van Kyros verhaalt. Overdruk uit Gereformeerd Theologisch Tijdschrift, Mei 1912, 8 bl.
97.Door het geloof. Opwekkende rede, Bondsdag 1912, 6 bl. (Overdruk uit een publicatie van den Bond van J. V. op G.G.).
98.Contra de Religionsgeschichte de Historia Sacra. De absolute voorwaarde voor het rechte verstand en onderwijs van de Bijbelsche Geschiedenis en de geschiedenis der godsdiensten. Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Theol. School te Kampen, 6 Dec. 1912. Kampen, J.H. Kok, 1912, 46 bl. |183|
99.Openingstoespraak op het eerste congres voor evangelisatie, op Dinsdag 8 en Woensdag 9 April 1913. Amsterdam, W. Kirchner, 1913, 3 bl. (Verschenen in de Handelingen van dit Congres).
100.Als die weet dat Uw arbeid niet ijdel is in den Heere. Slotwoord op het eerste congres voor gereformeerde evangelisatie op Dinsdag 8 en Woensdag 9 April 1913. Amsterdam, W. Kirchner, 1913, 6 bl. (Verschenen in de Handelingen van dit Congres).
101.Godsdienstige opvoeding. Pro: L. Lindeboom, hoogleeraar te Kampen, contra: F. Domela Nieuwenhuis te Hilversum. Baarn, Hollandia-drukkerij, 1913, 16 bl. (Verschenen in „Pro en Contra” betreffende vraagstukken van algemeen belang).
102.Evangelisatie en Genadeverbond. Voordracht gehouden op het tweede congres voor gereformeerde evangelisatie te Rotterdam 3 Mei 1916. Amsterdam, W. kirchner, 1916, 24 bl. (Verschenen in: Handelingen van het tweede congres).
103.De „Analogia fidei” en Rom. 12 : 6 (7). Overdruk uit Gereformeerd Theologisch Tijdschrift, Aug. en Sept. 1916, I en II, samen 26 bl.
104.De Ruiter op het witte paard. Openb. VI. Toespraak bij de opening van de vergadering der Gereformeerde predikantenvereeniging, 19 Sept. 1916, te Utrecht. Nijverdal, E.J. Bosch Jbzn., 10 bl.
105.„In Zijnen dood begraven” òf „Met Hem begraven door den doop in den dood”. Baarn, E.J. Bosch Jbzn., 1918, 16 bl.
106.Het standpunt der Vereeniging tot Christelijke Verzorging van Krankzinnigen in Nederland. Voordracht gehouden op de algemeene vergadering van 25 Sept. 1919 te Utrecht. Baarn, Uitg. mij. E.J. Bosch Jbzn., 1919, 16 bl.
107.De Christus-belijdenis van Petrus en zijne zaligspreking door Jezus. Toespraak bij de opening van de algemeene vergadering der Vereeniging van Predikanten van de Geref. Kerken in Nederland, 15 en 16 Sept. 1920. Baarn, R.K. van den Berg, 1920, 10 bl.
108.Barmhartigheid doen in blijmoedigheid. Toespraak bij de opening van de conferentie van den Gereformeerden bond van vereenigingen en stichtingen van barmhartigheid te Ermelo, 8-10 juni 1920. Kampen, J.H. Kok, 1920, 6 bl. (Overdruk uit den bundel: Ter Conferentie te Ermelo).
109.De mannen van Ninevé, de Joden en — wij. „Filippus”, CCLI. Breukelen, P. Mobach, 1920, 15 bl.
110.Onze studenten. Toespraak op den Theol. Schooldag te |184| Kampen, 16 juni 1921 nam. Overdruk Geref. Theol. Tijdsch. 1921, 14 bl.
111.Jezus Christus en die gekruisigd het kenmerk der apostolische prediking. Overdruk Geref. Theol. Tijdsch. Nov. 1922, 16 bl.
112.Het Koninkrijk Gods niet gelegen in woorden maar in kracht. Toespraak bij de opening van het gebouw voor Chr. belangen in IJsselmuiden, Grafhorst en omgeving, te IJsselmuiden, aan de Plas; 2 Nov. 1922 ’s av. 7 uur. Kampen, J.H. Kok, 1923, 16 bl.
113.De Zoon des Menschen in het midden der zeven gouden kandelaren. Toespraak bij de opening van de 13e algemeene vergadering van de Vereeniging van predikanten van de Geref. Kerken in Nederland, gehouden op Woensdag 23 April 1924. Geref. Theol. Tijdsch., Mei 1924, 7 bl.
114.Openingswoord op de herdenkingssamenkomst ter gelegenheid van het veertigjarig bestaan der Ver. tot Chr. Verz. van Krankz. in Nederland, 1925, 4 bl. (Verschenen in „Gedachtenis van het veertigjarig bestaan der Vereen.” Uitgegeven vanwege de Vereeniging, ’s Gravenhage, 1925).
115.Wat beteekent het gereformeerd standpunt van den Bond voor de beoefening van de wetenschap, met name voor de medische wetenschap? Zeist, Van Lonkhuyzen, 1927, 10 bl. (Verschenen in no. 3 van „Refajah”. Dit nummer van Refajah werd door genoemden uitgever ook als afzonderlijke uitgave verkrijgbaar gesteld à 60 cts.).
116.Toespraak bij de feestelijke herdenking van het 75-jarig bestaan der Theol. School, 20 juni 1929, nam., in de Nieuwe Kerk te Kampen. Overdruk uit Geref. Theol. Tijdschrift, 1929, 11 bl.
117.Rede bij het vijftig-jarig jubileum van de Vrije Universiteit, 21 Oct. 1930. Overdruk uit het Gedenkboek, door Directeuren bij die gelegenheid uitgegeven, 1931.
118.Toespraak op het feest ter herdenking van Jachins 60-jarig bestaan en arbeid, 15 Juli 1931 te Rotterdam. Haarlem, Jachins Uitgeversbureau, A. Verleur, 1931, 8 bl.
119.De Geestelijke belangen der Stichtingen. Voordracht in de Algem. Verg. der Ver. tot Chr. Verz. van Krankzinnigen in Nederland, op de Stichting Bloemendaal, 29 Sept. 1932. Zeist, Uitgeversbureau, Van Lonkhuyzen, 1932, 8 bl. (Overdruk uit „Refajah”. Zie ook no. 122).
120.Laatste Overdenkingen. Met een inleidend woord van Dr T. Hoekstra. Aalten, N.V. de Graafschap 1933, 189 bl. (Meditaties uit „De Wachter”, ingevolge opdracht van den auteur na zijn dood gebundeld en uitgegeven). |185|
121.De brieven van den apostel Paulus aan de gemeente te Thessalonica. Kampen, J.H. Kok, 1934, 174 bl. (Tijdens zijn leven had de auteur het voornemen, dit manuscript overeenkomstig een meermalen gedaan verzoek persklaar te maken. Er kwam echter niet van. Na zijn dood deed Ds C. Lindeboom dit).
122.Gedenkboek uitgegeven bij het vijftig-jarig bestaan der Ver. tot Chr. Verz. van Krankzinnigen in Nederland. Uitgave van het Centraal kantoor der Vereeniging, ’s Gravenhage, Sweelinckplein no. 1, 1935, 167 bl. (In dit gedenkboek werden o.a. herdrukt twee redevoeringen van prof. Lindeboom: 1e. Gedachtenis van het 25-jarig bestaan der Vereeniging, zie no. 89, en 2e. De Geestelijke belangen der Stichtingen, zie no. 119).

Over dezen persarbeid van professor Lindeboom schreef prof. dr K. Schilder in het jaarboek ten dienste van de Gereformeerde Kerken (1934), pag. 401 het volgende:

„Zij weten dat zijn polemiek-apologetiek juist daarom zoo fel, maar ook zoo eerlijk was, omdat hij niet leed aan de ziekte van ons tegenwoordig geslacht: dat men politieke of sociale zaken lòs maakte van de diepere confessioneele vragen die in de kèrk en in de theologie aan de orde zijn, en die de kerk als pilaar der waarheid te bewaren heeft: hij zag dat het kleed der waarheid uit één stuk geweven is, en was daarin één brok gezondheid voor wie hem zoo encyclopaedisch één had zien rijzen boven den berg van inderdaad naar titels en thema’s fragmentarisch lijkende kleinere publicaties. Zij hebben hem voor zichzelf èn in zijn onderwijs zien leven uit de gedachte die Groen eens aldus onder woorden bracht: „Alle krenking van Gods Waarheid werkt nadeelig op elk gebied”.”


Bijlage bij no. 47.


In de nalatenschap van professor Lindeboom werd nog gevonden het eerste en vermoedelijk ook belangrijkste gedeelte van een brief van Dr W. Koster, wien de publicatie van no. 47 gold. Dit schrijven luidt aldus:


Utrecht, 16 Augs. 1882.

Weleerwaarde Heer,


Van een reisje door België teruggekeerd, vind ik uw boekje „de aanslagen der med.-theol. kwakzalverij enz.” — Ik kan mijn tijd beter besteden dan aan theologisch twistgeschrijf. In het openbaar gun ik u gaarne het laatste woord. Ook voor een privaat |186| antwoord zou de neiging geheel ontbreken, indien er niet twee aanleidingen toe bestonden. — De eerste is: de burgerlijke beleefdheid, welke mij dringt tot eene dankbetuiging voor de toezending van uw geschrift. — Doch in de tweede plaats moet ik u vergeving vragen voor eene verkeerde lezing uwer woorden, welke terecht door u is aangetoond. Ik heb gelezen: „onder den invloed der doodsluchten en van het . . . ongeloof”. Het onderstreepte en staat er niet; daardoor is mijn scherts over de desinfectie misplaatst. Mijne oogen schitteren niet door gezichtsscherpte, het Handelsblad niet door duidelijke letter en druk, en uwe woordenkeus en zinsbouw zijn mij wat ongewoon — ziedaar verzachtende omstandigheden. —

Verder geef ik u niets toe. Uw verwijt o.a. dat ik ook verkeerd heb gelezen, dat gij mij beschuldigt „niet vermoed te hebben wat een schoolkind inziet” treft mij niet. Uw zinsbouw en het woordje „zelf” maken mij tot den „niet vermoedende”. Schoon ik nu gaarne geloof dat gij zulks niet bedoeldet, merk ik toch op dat anderen hetzelfde lazen als ik.

Verder wensch ik noch publice noch privatim met u te redetwisten. In het voorbijgaan veroorloof ik mij slechts een paar opmerkingen. Gesteld dat ik de goedhartigheid zoo ver dreef, mij door u een zin mijner woorden te laten opdringen, welken ik er niet in legde, wat zou het u baten? Ik zou ten onrechte „geestelijk” als qualificatie van „lichaam” hebben gelezen. Ik lees nu, naar uw wensch: „een onverderfelijk verheerlijkt stoffelijk omhulsel, naar het model van het lichaam van Christus”. Tegen zulke gesublimeerde, verheerlijkte stof gelden precies dezelfde bezwaren. Men kan even goed spreken van een „verheerlijkten”, niet meer oxydeerenden kubieken decimeter yzer” als van „stof” waarop de natuurkundige gegevens en verschijnselen niet van toepassing zijn. In geen geval zegt men iets verstaanbaars. —

Hebt gij den weerkeerigen invloed van wijsbegeerte en Christendom op elkander eenigermate bestudeerd? Weet gij wat waarschijnlijk onder het „psychische” en „pneumatische” lichaam schuilt, en wat in de hoofden der „exegeten” en nog in uw brein spookt? De Heidensche- (Aristotelische) bespiegelingen over de „Älj” welke eerst door den „vorm of het wezen” de „eºdov, oÇs°a” een „verwerkelijking” wordt! De toelichting van zulke wijsgeerige vraagstukken door een wetenschappelijk theoloog zou zeer belangrijk zijn. En ten slotte, gij bederft door uwe . . .” (hier breekt het fragment af). |475|



Addendum bibliografie professor L. Lindeboom


Iemand was zoo vriendelijk mij opmerkzaam te maken op het feit, dat in de door mij in dit tijdschrift gepubliceerde bibliografie nog één nummer moet worden ingevoegd. Op bladzijde 465 van den 39en jaargang (October 1938), had na nummer 64 nog moeten worden vermeld een brochure welks titel ik hier overschrijf:


64a.„Eene klacht des Heeren over Zijn volk aan Nederland herinnerd”. Heusden, A. Gezelle Meerburg, 1887, 32 bladzijden.

Men kan met een korte aanteekening verwijzen naar deze bladvulling. Uit historisch oogpunt zullen sommige lezers zich wellicht interesseeren voor den tekst van vijf aanplakbiljetten, welke professor L. Lindeboom in Zaandam bij zijn evangelisatie-arbeid aan den openbaren weg aansloeg. Men zie daartoe het „Noord-Hollandsch Kerkblad” van 21 juli, 11 Augustus, 18 Augustus, 1 September en 8 September 1939.


A.M. Lindeboom.




a.







deze pagina hoort in frames, klik hier

© Appendix Vaginix Productions 2004