Van de Boekentafel

Gereformeerde Kerkbode. Officiëel Orgaan van de Gereformeerde Kerken der Classis Gorinchem

8e jaargang, onder redactie van S.O. Los, M.A. van Pernis en K. Schilder
Gorinchem (Mij. tot Expl. van Antirev. Bladen in de Alblasserwaard, de Vijfheerenlanden en Omgeving) 1920v
12 (geen paginering) (5 maart 1921)

a



Kribbe, Kruis en Kroon door Dr. J. v.d. Valk, Rector van het Marnix-Gymnasium te Rotterdam. 3e verm. en verb. druk. Kampen, J.H. Kok, f 1.75, gecartonneerd f 2.25.


Dr. v.d. Valk heeft hier eenige (29) verzen van den christen-dichter Karl Gerok vertaald, en hier en daar is de vertaling overgegaan in bewerking, doordat de liederen van Gerok werden besnoeid of bekort. Deze liederen, voor orgel getoonzet door verschillende musici, zijn thans voor de 3e maal bij den heer Kok verschenen, vermeerderd met enkele liederen, aan andere dichters ontleend. Letter en muziek zijn duidelijk gedrukt.

Ik heb soms moeite in de bewerking van de liederen terug te vinden denzelfden Dr. v.d. Valk, die tegenwoordig in „de Ster” letterkundige kritieken, klassieke hexameters en af en toe stijlbeschouwirigen geeft. Maar ik wil daarmee niet Dr. v.d. Valk tegen hemzelf uit spelen; blijkbaar is hij een pluriforme geest, die zich de weelde van meer dan één genre veroorloven kan. Wel heb ik getracht, me Dr. J. v.d. Valk in te denken bij de correctie van regels als:

Breng, o breng, verdoolden weer!
Wie hem vond, prijs nu den Heer!
Kindren Gods, o komt, komt blij!
Kom, verloren zoon, ook gij!
Lok, o klok, klink van den dom:
Kom, o kom, God roept u, kom!

Vier o’s en vijf uitroepteekens in zes regels, en dat van den man, die nog al eens spreekt over „oefendoenders” tegenwoordig; kunt u erbij?

En de muziek?

Ik zal maar zeggen wat ik eerlijk meen: in de vele christelijke gezinnen, die ’t harmonium bespelen en daarbij stichting ontleenen aan de gewone muziek, die daarbij dienst doet, kan deze bundel werkelijk aanspraak maken op een eereplaats. Voor menig gezin is orgelmuziek ’n kwestie niet van smaak en nog minder van kunst doch alleen van gezelligheid en onschuldig tijdverdrijf en christelijk toeven op een ander terrein dan de straat.

Voor die orgelspelers zij deze bundel werkelijk met allen aandrang aanbevolen.


K. S.


G. Schrijver, De lichte last, 2e druk, J.H. Kok, Kampen, f 3.75, in stempelband f 4.90.


Er zijn boeken, die men zelfs in een kerkbode hartelijk aanbeveelt (b.v. Lust en IJver van Prof. Geesink) b; er zijn er ook die men juist in een kerkbode aanbeveelt (b.v. Kribbe, kruis en kroon); er zijn er ook, die men zou weten te waardeeren èn in een kerkbode èn in andere bladen of tijdschriften, maar dan telkens op andere wijze.

’t Is hier niet mijn taak, in dit blad dezen Christelijken roman van 430 blz. uit letterkundig oogpunt te recenseeren. Over sommige dingen zou dan te praten zijn. Maar nu het de vraag is, of ons christelijk publiek dat boek heeft te lezen, antwoord ik in dit blad volmondig: ja. Het boek beteekent werkelijk een opheffing van het gewone peil van den verhaaltrant in onze kringen. Afgedacht van de een enkele maal wat hinderlijke breedsprakigheid, blijft het verhaal boeien en is het één doorloopende illustratie in de steeds markante, doch nergens gewilde afwikkeling zijner historie van het schriftwoord (tevens motto van het verhaal): mijn juk is zacht en mijn last is licht. Bepaald een verdienste is, dat de schrijver geen moeite doet, zijn verhaal „àf te maken” door den lezer op de vraag naar den eindelijken afloop aller dingen een omstandig antwoord te geven. Schrijver laat ons eigenlijk midden in het gebeuren staan; maar wat hij blijkens den (m.i. niet gelukkigen) titel zeggen wil, dat heeft hij gezegd, en hij heeft het knap gezegd. Zoo, gelijk het boek daar voor ons ligt, is het een mooie weergave van een stuk leven, waarin de kracht en de vrede van den dienst Gods zoowel negatief als positief uitkomt op treffende wijze. De dialoog is uitstekend; ’t verhaal nergens gewrongen en hier en daar is de schildering van den zielestrijd aangrijpend en uit psychologisch oogpunt bewonderenswaardig. En voor meer dan één, die ook in onze kringen inzake het sociale vraagstuk tobben blijft, is dit boek een welsprekende herinnering aan de diepe grondwaarheid, waarvan elke sociale maatregel dient uit te gaan en welker veronachtzaming elke poging tot maatschappelijke verbetering van te voren tot mislukking doemt.

Een tijdwoord is dit werk dus ook.


K. S.


Het Graf op den Soembing. Een Javaansche Roman, door Mr. C.W. Wormser. J.H. Kok, Kampen, 2.75, geb. f 4.90.


Een verhaal, spelend op Java, dat in zijn 237 blz. lang niet zoo breed is als „De Lichte Last” van Schrijver, doch dat desniettemin goed geconcipieerd en geschreven is.

Terwijl bij Schrijver de moraal, zonder er dik op te liggen, toch van alle kanten u toespreekt, daar geeft Wormser volstrekt geen moraal. Of de ongelukkige Javaan, die in zijn bijgeloof ondergaat, verlossing vindt enkel en alleen reeds in de negatieve verlossing van het bijgeloof, dan wel daarenboven ook tot het positieve geloof in Jezus Christus moet komen — de schrijver zwijgt er over. Hij laat U zelf de conclusie trekken.

Is het noodig hem daarvan een verwijt te maken of zijn levenshistorie na te gaan, teneinde zoo er achter te komen, welke keus hij voor den Javaan de beste acht: cultuur of christendom? Ik geloof het niet. God spreekt ook door feiten en feiten ontroeren dikwijls zóó, dat elke toelichting, elk preekje, hinderlijk wordt. Men leze dit werk en danke den schrijver en late tot zijn ziel spreken wat voor een geloovig hart vanzelf de sprake Gods zal zijn in deze werkelijk verdienstelijke uitbeelding van de historie van den armen Javaan, in bijgeloof verstrikt. De warmste zendingsvrienden zullen het werk kunnen lezen met groot genot en als ze dan hun conclusie trekken, dan hebben ze geen oogenblik ’t gevoel van conflict met den auteur. Of anderen dan in tegenovergestelde richting concludeeren met dezelfde vrijmoedigheid, wat deert het hun? Ik mag dit boek wel, dat uzelf aan ’t denken zet en beveel het gaarne aan.


K. S.




a. Niet eerder opnieuw gepubliceerd.

b. Vgl. ‘Van de Boekentafel’, Gereformeerde Kerkbode Classis Gorinchem 8 (1920v) 9 (22 januari 1921).







deze pagina hoort in frames, klik hier

© Appendix Vaginix Productions 2000