Darbistische Propaganda

Gereformeerde Kerkbode. Officiëel Orgaan van de Gereformeerde Kerken der Classis Gorinchem

7e jaargang, onder redactie van S.O. Los, M.A. van Pernis en K. Schilder
Gorinchem (Mij. tot Expl. van Antirev. Bladen in de Alblasserwaard, de Vijfheerenlanden en Omgeving) 1919v
22 (geen paginering) (7 augustus 1920)

a



De Heer J.N. Voorhoeve, die in ons land zoo ongeveer de woordvoerder is van de z.g. „Darbisten”, heeft eens de opmerking gemaakt, dat hij geen propaganda wil maken voor het Darbisme, omdat de aanhangers van deze richting „geen partij zijn en ook geen aanhangers, wenschen te winnen.” ja zelfs, voegde hij er aan toe „krachtens hun beginsel kunnen zij dit niet doen.”

Het schijnt, dat deze woorden van den leermeester niet door alle discipelen worden gevolgd. De Gorinchemsche „kring van geloovigen” (Darbistische geloovigen dan, wel te verstaan), heeft althans dezer dagen opnieuw onder verschillende leden der Gereformeerde kerk weer een vlugschriftje verspreid, waarin de kerken naar gewoonte er niet al te best afkomen en de dominees natuurlijk ook niet.

Deze „geloovigen” zijn mij, voorzoover ik ze ken, niet antipathiek. Maar die propaganda is dat toch wel. En dan zelfs in hooge mate. Waarom houden de heeren zich niet aan het recept van hun meester? Die zegt immers, dat zij krachtens hun beginsel geen aanhangers kunnen wenschen te winnen. Blijkbaar verloochenen ze dus hun eigen beginsel; en dat is voor henzelf minder pleizierig; en ook verschaffen ze daarmee ons geen genot; ze kunnen hun geld beter gebruiken: door b.v. te gaan evangeliseeren onder van de kerk vervreemden, die aan alle religie den rug toegekeerd hebben.

Achten de heeren misschien, dat ze door een van de leden der Gereformeerde kerk — misschien wel door den predikant, die er volgens de jongste, hem allervriendelijkst aangeboden, brochure niet eens zijn mag — verkeerd worden beoordeeld, ’t zij in prediking (hoewel hij ze daar nooit ziet), ’t zij in geschrifte, en is dus hun brochurenvloed een maatregel van zelfverdediging, welnu, dan wil ik hun gaarne eenige ruimte geven in onze Kerkbode. Waarom ook niet? Maar is dat niet de bedoelingmag ik ze dan onder verwijzing naar den Heer Voorhoeve een lesje geven in darbistische methodologie?

De heeren moeten niet boos op me worden; ik heb niets tegen hun persoon, maar ik houd van eerlijkheid. En ik meen, dat ze beter werk kunnen doen, dan in onzen tijd de kerk af te breken. Heeft men in onzen organiseerenden tijd nog niet begrepen, dat alle verbrokkelen van wat georganiseerd is, den dood beteeként voor den invloed en de kracht der georganiseerden? Heeft revolutie en bolsjewisme ze nog niet geleerd, dat ze geen menschen uit de kerk moeten lokken?

Ik heb Zaterdagavond een leger-des-heils-juffrouw hooren preeken, midden op straat. Haar opvatting is de mijne niet; maar haar woord leek me toch beter reflex van onzen tijd dan de brochure der Gorcumsche „geloovigen.”

Kom, laten de heeren inzake de propaganda nu eens een beetje zuiverder darbistisch worden. Als ze willen weten, waar de Heer Voorhoeve ’t zelf gezegd heeft, dan moeten ze maar opslaan: J.N. Voorhoeve, Het Darbisme en de Kerk van Dr. J. Lammerts van Bueren aan de Schrift getoetst, bl. 7, noot.

En nu niet kwaad worden, s.v.p. „Geloovigen” moeten elkaar maar eens de waarheid zeggen.


K. S.




a. Niet eerder opnieuw gepubliceerd.







deze pagina hoort in frames, klik hier

© Appendix Vaginix Productions 2000